Soms hè, soms heb ik het idee dat er mensen zijn die niet willen begrijpen welke kant de energietransitie op gaat. Zo was afgelopen week de elektrische auto het haasje, toen uit een ‘onderzoek’ van het Belgische RTBF bleek dat elektrische auto’s pas na heel lang rijden duurzamer zijn dan benzine-auto’s: 700 duizend kilometer. Dat. Stond. In. Alle. Koppen.
Au, mijn hoofd.
Wie een beetje doorleest, ziet al snel hoe de onderzoeker op dit enorme getal uitkomt: hij rekent met het huidige aandeel groene stroom in de elektriciteitsmix, dat nog vrij laag is. En dan duurt het dus lang (eerlijk gezegd vind ik het nog een wonder dat elektrische auto’s met de huidige elektriciteitsmix überhaupt een keer duurzamer zijn dan benzineauto’s).
Ik begrijp zulke berichten echt niet. Je wilt iets onderzoeken in het kader van de energietransitie, maar wilt tegelijk dat die volledige energietransitie buiten beeld gehouden wordt? Ja dimwit, het hele idee is nu juist dat die elektriciteitsmix verandert. Alsof je na lang onderzoek concludeert dat baby’s slecht zijn voor de economie, omdat alle baby’s werkloos zijn en niks kunnen.
Je kunt natuurlijk gerust vraagtekens zetten bij de nadruk op elektrische auto’s. Moeten we inzetten op elektrische auto’s, of is het slimmer in te zetten op zoiets als autodelen? Wat vinden we van de trickle down-subsidies die nu voor elektrische auto’s worden uitgekeerd? Welke rol krijgt het openbaar vervoer?
Alles is beter dan dit soort onderzoek, dat de suggestie wekt dat nog geen politicus of wetenschapper ooit heeft nagedacht over de CO2-uitstoot van zo’n auto. Het is goedkoop.