Ruim een jaar geleden vroeg ik mijn volgers of ik de discussie aan moet gaan met klimaatontkenners. Wat helpt het, als ik uren en uren investeer om het ongelijk van types als Crok, Berkhout, Baudet en Wilders aan te tonen? Wie overtuig ik?

Het leverde veel reacties op. De meningen waren verdeeld. De één vindt het mijn taak als journalist om weerwoord te bieden, de ander raadt het mij juist af. Ik kies ervoor om met die tweede groep mee te bewegen: ik schrijf liever over geldstromen die de klimaatcatastrofe veroorzaken.

Toch kreeg ik recent de kans om me in klimaatsceptisch Nederland te verdiepen. Dit kwam door het Platform Authentieke Journalistiek (PAJ), een onderzoeksclub waar Follow the Money vaak mee samenwerkt. Zij waren gestuit op het persoonlijke archief van Frits Böttcher. Daaruit blijkt dat hij in de jaren ’90 ruim een miljoen gulden kreeg, rechtstreeks van Nederlandse fossiele reuzen als Shell en Hoogovens, met als expliciet doel om twijfel te zaaien over klimaatverandering. Het leverde afgelopen afgelopen zaterdag dit onthullende verhaal op.

Toen ik hoorde over de ontdekking van PAJ, vroeg ik me af welke invloed Böttchers inspanningen anno 2020 nog hebben. Ik belde met Alexander Beunder van PAJ en Peter Keizer van televisieprogramma Pointer en gezamenlijk gingen we aan de slag.

Waar we al snel achter kwamen, is dat een platform met de naam Clintel veruit de actiefste klimaatsceptische club in Nederland is. Clintel heeft zelfs internationale ambities.

Wat we vervolgens ontdekten is dat het netwerk van Guus Berkhout, de man die Clintel oprichtte, een enorme overlap vertoont met dat van Frits Böttcher. Berkhout en Böttcher kenden dezelfde mensen, hebben gedurende hun carrière een intensieve relatie opgebouwd met de fossiele industrie en kenden dezelfde bestuurlijke en politieke notabelen. Na hun pensionering komen de hoogleraren bovendien terecht in precies dezelfde klimaatsceptische kringen.

Het is dus glashelder dat Clintel anno 2020 hartstochtelijk profiteert van het klimaatsceptische netwerk dat Böttcher in de jaren ’90 met fossiel geld heeft aangelegd.

Daarnaast kwamen we een nieuwe geldstroom op het spoor. Niet eentje uit de jaren ’90, maar een recente. Dit geldspoor begint opnieuw bij de fossiel industrie, en vindt zijn bestemming ditmaal in de oprichting van Clintel. Ook nu nog loopt er dus fossiel geld naar klimaatsceptici.

Volgens mij is dit een belangrijke ontdekking. Ik wil nog steeds de discussie niet aan met mensen die klimaatverandering ontkennen en wetenschappers beschuldigen van manipulatie. Maar het is denk ik wel zinvol om te weten hoe klimaatsceptisch Nederland nog altijd profiteert van een netwerk en geld uit de fossiele industrie.

Lees het hele verhaal hier.