Het was weer zo‘n week waarin ik tussen hoop en wanhoop werd geslingerd.

Om met de wanhoop te beginnen: de wereldwijde CO2uitstoot is volgens onderzoekers van BP in 2018 opnieuw gestegen. ‘Zelfs de smerigste fossiele brandstof stijgt,’ schrijven ze. ‘Zowel de consumptie als de productie van steenkool maakten in 2018 de grootste stijging door van de afgelopen vijf jaar.’

Een van de redenen voor de stijgende CO2uitstoot is volgens de onderzoekers van BP het extremere weer. Omdat het vaker heter of juist kouder is dan gebruikelijk, is de vraag naar verwarming of verkoeling van de gebouwde omgeving groter.

Klimaatverandering veroorzaakt vaker extremer weer, wat de energievraag vergroot, wat klimaatverandering veroorzaakt, wat extremer weer veroorzaakt: het is een negatieve spiraal om hoofdpijn van te krijgen.

Extra wrang is dat de gevolgen hiervan niet gelijk zijn verdeeld. De afgelopen week steeg de temperatuur in India op sommige plekken tot bijna 50 graden Celsius, onder meer in de miljoenenstad Delhi. Hierdoor vallen doden. In Fiji moeten mensen ondertussen hun huizen verlaten vanwege de zeespiegelstijging, zo lezen we in dit verhaal in Time. De CO2uitstoot per persoon in India en Fiji is respectievelijk 1,8 en 1,9 ton CO2 per jaar. De gemiddelde Nederlander stoot 10 ton CO2 per jaar uit.

Ondertussen twijfelt Wiebes over het sluiten van kolencentrales, schijnt de VVD hoe dan ook de opening van Lelystad Airport te willen doordrukken en legt Shells ceo Ben van Beurden de verantwoordelijkheid voor klimaatverandering bij ‘consumenten die aardbeien willen eten in de winter’.

Tot zover de wanhoop. Want hoopvolle berichten zijn er ook. Uit hetzelfde rapport van BP blijkt dat de consumptie van duurzame energie in 2018 met meer dan 15 procent groeide. China leidt deze transitie. Het land installeerde afgelopen jaar meer duurzame energie dan België, Canada, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, IJsland, Italië, Luxemburg, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, Spanje, Turkije, Groot-Brittannië, Amerika, Zweden, Zwitserland, Australië, Chili, Estland, Finland, Hongarije, Israël, Japan, Letland, Litouwen, Mexico, Nieuw-Zeeland, Polen, Slovenië, Slowakije, Tsjechië en Zuid-Korea samen.

(Ik vind het altijd prettig om dit punt te onderstrepen, omdat er nogal eens geroepen wordt dat het allemaal geen zin zou hebben om in Nederland iets tegen klimaatverandering te doen, omdat China niet mee zou willen.)

En dan was er nog dit prachtig gemaakte verhaal van Carbonbrief, waarin geïllustreerd wordt hoe het Verenigd Koninkrijk binnen tien jaar zijn complete energievoorziening hervormde. Onlangs beleefde het land hierdoor voor het eerst sinds het einde van de negentiende (!) eeuw een week waarin geen grammetje steenkool werd verbrand.

Zie je: het kan dus allemaal wel. Dat sterkt me eens te meer in mijn overtuiging dat het oplossen van klimaatverandering vooral een kwestie is van maatschappelijke en politieke wil.